De deurbel! Het is de eerste keer dat die deurbel klingelt sinds Heidi en ik in dit huis wonen. Heidi, die tegenover me aan de eettafel op haar laptop een video edit, schrikt. Ik schrik niet. Iets waarschuwde me dat ten minste twee mensen door onze garage naar onze voordeur slopen en dat is precies waarop ik sinds gisteren hoop.
Januari 2024. Zo’n twee maanden geleden realiseerde ik me voor het eerst hoe dom het is geweest naar Catalonië te verhuizen. Begin 2022 woonden we nog in Oostenrijk, in het dorp Schruns, ons leven aangenaam. De natuur rond Schruns was prachtig en daarnaast bood de omgeving ons volop mogelijkheden buiten te spelen. Lange wandelingen, nadat we een lift de bergen in hadden genomen, skiën, fietsen, paragliden, rotsklimmen, klettersteigen en natuurlijk het glijbaanparcours dat van Haus Matschwitz, op de berg Golm, het dal in leidde. Geen rijen kinderen voor die glijbanen, want kinderen bouwen thuis hun eigen glijbaanparcoursen in Minecraft.
De sportschool was een probleem in Oostenrijk. In de enige sportschool in de buurt van Schruns golden zoveel regels dat fatsoenlijk ijzerpompen nauwelijks mogelijk was. Heidi gooide de handdoek; ik pompte ijzer op de rand van het toegestane en gooide noodgedwongen de handdoek toen sportscholen werden gesloten om Oostenrijkers weerbaarder te maken tegen een respiratoir virus dat begin 2020 de wereld rondtrok.
IJzerpompen met onze eigen halters naast het dieselreservoir in de kelder van ons huis in Oostenrijk was vanwege de diesellucht geen pretje en kort nadat ook ik ijzerpompte in die kelder was in Oostenrijk het hele leven voor ons geen pretje meer. Omdat het respiratoire virus gedurende de twee jaar dat het inmiddels de wereld rondtrok geen kans had gezien Heidi, mij of iemand in onze nabijheid ziek te maken en omdat we de Oostenrijkse overheid op haar woord moesten geloven waar het ging om de medische voordelen van de inentingen tegen het virus lieten Heidi en ik die inentingen aan ons voorbijgaan, wat ons op huisarrest kwam te staan. Toen die inentingen in Oostenrijk verplicht werden gesteld, ons huis in Schruns net helemaal vertimmerd, vluchtten we naar het Verenigd Koninkrijk en dat was tenminste zo dom als onze vlucht naar Catalonië een jaar later.
Via Brexit verlosten de Britten zich van de terreur van de EU, maar tegelijkertijd lieten ze zich gijzelen door een ideologie die woke heet en waarvan niemand me tot nu heeft kunnen uitleggen wat ze inhoudt. Wat ik ervan begrijp, is dat woke een samenleving voorstaat waarvan ik geen deel uit mag maken omdat dat garandeert dat alle mensen die al zolang ik leef van de samenleving deel uitmaken deel uit mogen maken van de samenleving en ik grinnik inwendig als ik besef dat de abonnees op mijn blogs zullen denken dat ik een schrijffout maak als ik ooit in een blog verwerk wat ik begrijp dat woke inhoudt.
In een caravan die we een paar maanden eerder bouwden, arriveerden Heidi, Moos de herdershond en ik begin 2022 in het Verenigd Koninkrijk en kort nadat we ontdekten dat het bouwen van caravans meer expertise vereist dan waarover we beschikken, vonden we in het dorp Saffron Walden, onder de rook van Cambridge, een huis dat we konden huren. Leuk dorp! Leuk huis! Mooie omgeving! Toch en helaas zonk rond Kerstmis de waarheid in dat het Verenigd Koninkrijk zichzelf en ons geen toekomst bood. Ons huurcontract was een jaarcontract dat zich makkelijk af liet kopen en op 9 januari 2023, de inkt op onze visa nog nat, ons huis in Saffron Walden net helemaal vertimmerd, voer de Stena Hollandica ons terug naar het vasteland, waar we in Nederland, in de regen, hagel, sneeuw en wind, in een te kleine tent bivakkeerden op een camping onder de rook van Groningen terwijl we in een koude loods bouwden aan een studio om de video’s in op te nemen ter ondersteuning van mijn boek De holbewonercode.
Tijdens een bouwonderbreking reisden we naar Catalonië, in het noorden van Spanje, waar we aan de rand van een dorp een oude stal vonden die tot woning werd omgebouwd. Begin mei 2023 zou de woning worden opgeleverd en omdat we aan de charme van die woning geen weerstand konden bieden, tekenden we een huurcontract zonder Catalonië even onder de loep te nemen. Man, wat een gaaf huis! Boogvormige, bakstenen plafonds, vloerverwarming, dubbel aantrekkelijk na de weken in de kou in onze tent, een prachtige badkamer en een volledig ingerichte keuken, de studio in Groningen in twee dagen aan te rijden.
Onze Catalaanse huisbaas was een vriendelijke baas, die ons elke dag wat eieren van zijn eigen kippen bracht. Was en bracht, want twee maanden nadat we zijn huurders werden, overleed onze huisbaas plotseling. Met zijn zoon komen we slecht door één deur en dat is onfortuinlijk; ons huis vertoont wat kinderziekten. De vloerverwarming werkt niet, de afvoer stroomt over vanwege een herstelbare constructiefout, de beloofde tralies voor de ramen worden niet gemonteerd en de beloofde stroommeter wordt niet geïnstalleerd, dat laatste de aanleiding tot ruzie met de buurman met wie we een stroommeter delen, die weigert te geloven dat onze verwarming niet werkt, die dientengevolge volhoudt dat Heidi en ik een te zware wissel trekken op ons gezamenlijke stroomgebruik en die … de deurbel! Het is de tweede keer dat die deurbel klingelt sinds Heidi en ik in dit huis wonen. Heidi trekt een wenkbrauw op als ik haar met een knikje van mijn hoofd vraag zich uit haar slaapzak te wurmen en de deur te openen. Om niet helemaal onvoorbereid te zijn als waarop ik hoop daadwerkelijk door onze garage sloop, rits ik de slaapzak open waarin ik achter mijn bureau zit en wurm ik mijn benen eruit.
Heidi opent de voordeur. Ze zet een stap achteruit en opkijkend van mijn werk zie ik een enorme man in de deuropening staan, zijn armen gekruist voor de borst, Jordi, de zoon van onze overleden huisbaas, schuin achter hem. Ik richt mijn aandacht weer op het beeldscherm voor me en als ik me realiseer hoe vaak vriend Jordi ons de laatste maanden letterlijk en figuurlijk in de kou liet zitten, maakt het schuldgevoel dat me overviel plaats voor opluchting. Mijn plan werkt en als ik nu een kloppartij vermijd, keren we Catalonië snel de rug toe.
Catalonië! Het is nog woker dan het Verenigd Koninkrijk en ik realiseer me dat het fenomeen woke zo jong is dat we de signalen misten die ons waarschuwden. Los daarvan beloofde Catalonië ons nog meer mogelijkheden buiten te spelen dan Oostenrijk. Wandelen en fietsen zonder direct op steile hellingen te stuiten of wandelen en fietsen in de Pyreneeën, steile hellingen gegarandeerd, kanoën, scubaduiken, surfen, paragliden en karten. Geen rijen kinderen bij de kartbanen in de buurt, want kinderen bouwen in hotelkamers en caravans hun eigen kartbanen in Minecraft. Waarmee we geen rekening hadden gehouden, is dat buitenspelen rond onze stalwoning geen feest is, want de omgeving stinkt naar overbevolkte koeien-, varkens- en kippenstallen, wat me doet beseffen hoe vreemd woke is. Slechts twee voorwaarden lijken te gelden om woke te zijn. De eerste voorwaarde is dat we met de vingers van onze twee handen het symbool van een hart kunnen vormen, de tweede voorwaarde dat we dat dagelijks een paar keer doen.
De signalen die ons direct hadden moeten waarschuwen dat Catalonië woke is, zijn de verheerlijking van de in Catalonië geboren Salvador Dali, die zich al zo’n honderd jaar geleden liet misbruiken deculturalisatie te stimuleren, en de verkeersborden langs wegen aan de ingang van dorpen waarop staat dat het betreffende dorp geen agressie tolereert. Het ene dorp schreeuwt in witte letters op een paarse ondergrond dat het geen seksuele agressie tolereert, het volgende dorp claimt zich alleen op te winden over agressie die zich richt tegen vrouwen en het daaropvolgende dorp claimt agressie in het algemeen te verfoeien. Zwarte letters op witte spandoeken aan hekken rond scholen en parken schreeuwen gelijksoortige tegen agressie gerichte leuzen en overal wapperen regenboogvlaggen.
En eh… ik begrijp het wel. Om de mens te atomiseren, om de vier D’s die een nieuwe wereldorde inleiden, deculturalisatie, dehumanisatie, depopulatie en digitalisatie, kans van slagen te geven, is het van belang de mens haar en zijn agressie te ontnemen en de definitie van agressie aan te passen. Iemand die me in een supermarkt schreeuwend mijn weg belemmert—wat me recentelijk twee keer overkwam omdat ik, vermoed ik, een mij onbekende maatschappelijke regel overtrad—en die een filmende telefoon voor mijn gezicht heen en weer beweegt, is niet agressief. Als ik die iemand vriendelijk opzij duw en mijn weg vervolg, is dat een uiting van agressie en zijn de rapen gaar.
Op hoog niveau wordt de mensheid geschoold in de nieuwe definitie van agressie. Landen die deel uitmaken van een organisatie die die landen veiligheid garandeert, zijn niet agressief als ze een land dat geen deel uitmaakt van die organisatie treiteren en treiteren en uiteindelijk existentieel in de hoek duwen. Als het in de hoek geduwde land de tanden laat zien, is dát een uiting van agressie, zijn de rapen gaar en … ‘Tenemos que hablar we moeten praten,’ hoor ik de reus in de deuropening voor de tweede keer en nu met stemverheffing zeggen. Ik kijk opnieuw op, kijk langs vriend boterletter naar Jordi en zeg: ‘Te llamaré para tomar cita ik zal je bellen om een afspraak te maken y te doy trente segundos para largarte en ik geef je dertig seconden je uit de voeten te maken.’ Heidi schudt haar hoofd, de reus ontsteekt in verbale toorn, Jordi plukt nerveus aan het shirt van de reus en ik richt mijn aandacht weer op het beeldscherm voor me.
Als ik voor de derde keer opkijk, sluit Heidi net de deur en ze kijkt me vragend aan.
‘We kunnen weg uit Catalonië,‘ merk ik vrolijk op terwijl ik voel dat mijn bijnieren alweer zijn gestopt met het aanmaken van adrenaline.
‘Wat heeft dat te maken met die twee sukkels voor de deur?’
‘Alles! Mario waarschuwde me dat Jordi een handvol Marokkaanse vrienden heeft die voortdurend amok maken in het dorp en Jordi het gevoel geven dat hij onaantastbaar is.’
‘Mario de klusjesman?’
‘Mario de klusjesman. Mario vertelde me eergisteren dat hij onze vloerverwarming heeft aangelegd maar dat hij geen erkende installateur is. Daarom is er geen garantie, anders dan Jordi ons voorhoudt, en daarom is Mario hier nu elke dag over de vloer. Hij moet voorkomen dat Jordi een echte installateur moet bellen. Het probleem is dat Mario onze verwarming wel heeft kunnen aanleggen, maar hij heeft geen benul van de techniek erachter.’
‘En dat vertelde Mario je zomaar?’
‘Hé… aan het begin van dít dorp staat nog geen bord waarop staat dat ik niet agressief mag zijn.’
‘Maar wat,’ vraagt Heidi, ‘heeft dat te maken met die twee van daarnet?’
‘Ik heb Jordi gisteren via een e-mail laten weten dat we geen huur meer betalen totdat de problemen in dit huis zijn opgelost.’
‘En nu hebben we een rel met Jordi én met zijn vrienden.’
‘Millennials! Veel geschreeuw, weinig wol. Wat net voor de deur stond, is een testosteronloze vleesklomp die politie, politie roept als-ie een draai om zijn oren krijgt. Millennials hebben van hun ouders en op school geleerd dat ze alles kunnen bereiken en kunnen hebben als ze het maar echt willen.’
‘En daar ben jij het mee eens.’
‘Tuurlijk. Willen vormt de basis van geluk. Maar wat we willen moet wel redelijk zijn en we zullen ons er nog steeds voor in moeten spannen. Dat laatste hebben ouders en pedagogen millennials niet verteld. Wij willen weg uit Catalonië en willen ons daarvoor inspannen; Jordi wil geld en wil zich daar niet voor inspannen. Millennials boos maken, zeker als ze woke zijn, is niet echt moeilijk en ik hoopte dat mijn e-mail Jordi zo boos zou maken dat-ie zich in zijn voet zou schieten door zijn vrienden de huur te laten incasseren.’
Ik sta op, zet een ketel water op het fornuis en zet koffie en thee terwijl ik Mario de klusjesman bel en hem vraag een afspraak met Jordi te maken waarbij hijzelf ook aanwezig is. Als ik de verbinding verbreek, kijkt Heidi, die weer aan het editen is geslagen, op van haar laptop en ze zegt: ‘Oké, stel dat die afspraak doorgaat, stel dat Jordi alleen naar die afspraak komt, stel dat het je lukt het huurcontract te ontbinden, want dat is natuurlijk je plan, wat dan?’
‘Dan hebben we onze oude schoenen weggegooid.’
‘Zonder dat we nieuwe hebben, neem ik aan.’
‘Uh-huh. Wachten tot een oplossing en een alternatief zich manifesteren voor onze domme beslissing naar Catalonië te verhuizen, is een voorbeeld van hoe millennials met willen omgaan. De oplossing voor ons probleem heb ik de laatste twee dagen bij elkaar gewild en zodra we ons bewegen, dient het alternatief zich aan—in manifesteren geloven alleen millennials en hoe vaker het niet werkt, hoe bozer ze worden.’
Heidi schudt opnieuw haar hoofd en terwijl ik koffie en thee inschenk, lees ik in mijn telefoon het WhatsAppbericht waarin Mario de klusjesman een afspraak voor aankomende zaterdag bevestigt.
Als ik twee dagen later naar het café schuin tegenover ons huis wandel, besluit ik niet langer dezelfde fout te maken die Vladimir Poetin te lang maakte door de landen die deel uitmaken van een organisatie die die landen veiligheid garandeert opnieuw en opnieuw te verzoeken gemaakte afspraken na te komen en opnieuw en opnieuw te verzoeken de existentiële rode lijnen van zijn land te respecteren. Ik ga zitten aan het tafeltje waaraan Mario en Jordi op me wachten, gebaar de kelner me een koffie te brengen, kijk Jordi aan en zeg: ‘Has cruzado una linea roja je hebt een rode lijn overschreden. We betalen geen huur meer en zijn hier uiterlijk 31 mei vertrokken. Als Heidi of ik waar dan ook een van je vrienden tegen het lijf loopt, voy por ti kom ik achter jou aan. Preguntas vragen?’
‘… Quatro meses sin pagar vier maanden zonder te betalen,’ stottert Jordi bleek weggetrokken, ‘y me estas amenazando en je bedreigt me.’
‘Bien, no hay preguntas mooi, geen vragen,’ zeg ik terwijl ik opsta. Ik pak het glas met mijn americano van het schoteltje dat de kelner me voorhoudt, zeg: ‘Jordi lo paga, Jordi betaalt,’ en terugwandelend naar wat tot eind mei ons huis is, af en toe mijn pas inhoudend voor een slok koffie, zinkt de waarheid in dat de mensheid met haar gedoogbeleid ten aanzien van millennials en de zogenaamde generatie-Z een existentiële rode lijn overschrijdt. Met een door verkeerde voeding, een verkeerd bewegingspatroon en een gebrek aan zonlicht te lage testosteronwaarde in hun bloed en beroofd van mentale en fysieke weerbaarheid zijn het de mensen die vanaf, zeg, 1980 zijn geboren—gelukkig niet allemaal—die met hun idiote kijk op willen wat ons rest aan democratie in een ochlocratie transformeren, een samenleving waarin burgers nog slechts consumeren en geen oog meer hebben voor de lange termijn. Is die ochlocratie een feit—in Europa zijn we er bijna—dan is de stap naar een technocratie gemakkelijk gezet.
De reactie van overheden op het respiratoire virus dat in 2020 de wereld rondtrok, is een waarschuwing van hoe het leven er in een moderne technocratie uit zal zien. Wie oplette, zag al eerder een waarschuwing in bijvoorbeeld de verheerlijking van mensen zoals Dali, die zonder zich daarvan bewust te zijn technocratische principes in de kunst hielpen introduceren en daarmee de kunst, zeg, cultuur hielpen vernietigen.
Europeanen, bedenk ik terwijl ik een laatste slok koffie neem en het glas waaruit ik dronk in een van onze raamkozijnen zet om het straks, als we met Moos gaan wandelen, naar het café terug te brengen, kunnen twee of drie uur korten op hun werkweek als ze worden ontslagen van hun verplichting mee te betalen aan pseudokunst, die zich waar we ook zijn aan ons opdringt, die niet als kunst herkenbaar is, maar die is gemaakt en beoordeeld door opgeleide experts. Zelfs in het piepkleine Catalaanse dorp waarin Heidi en ik zijn neergestreken, steken op pleinen en in parkjes als herauten van antileven stukken staal uit de grond die conform ernaast geplaatste bordjes kunst zijn en waarvoor meer is betaald dan menig werkelijk kunstwerk waard is.
Overheidsbemoeienis in kunst is deculturalisatie en die deculturalisatie draagt bij aan de atomisering van de mens. De onverschilligheid waarmee we ons die deculturalisatie in de maag laten splitsen, voorspelt weinig goeds voor wat betreft het ons in de maag laten splitsen van dehumanisatie, depopulatie en digitalisatie. En pas op! Toen mensen zoals Dali hielpen technocratische principes in de kunst te introduceren, was de testosteronwaarde in het bloed van de meeste mensen nog acceptabel, was agressie een eigenschap waar niemand zich voor schaamde en waren mensen mentaal en fysiek nog in staat zichzelf uit een hoek te knokken. Nu?
In september van dit jaar zijn de landen die deel uitmaken van een organisatie die wereldvrede voorstaat voornemens een planetary emergency uit te roepen. Wie de laatste jaren heeft opgelet, weet dat emergencies de wapens zijn waarmee kabinetsleden parlementen passeren om wetten door te voeren die leiden tot de totstandkoming van een technocratie. Maar wie let nog op? We zijn druk met willen en met consumeren. De lange termijn is iets waarom onze kinderen zich mogen bekommeren en onze kinderen denken dat het leven zich afspeelt in Minecraft …
Natuurlijk blijf ik mijn blogs schrijven, maar elke donatie helpt. Bedankt!
Bestel De narrige kabouter nu: https://deblauwetijger.com/product/nikko-norte-de-narrige-kabouter/
Wil je mijn blog op social media delen? Bedankt voor je steun!
Kommentare